Het regent buiten, maar in mijn hoofd schijnt de zon. Met mijn ellebogen steunend op de vensterbank, rust mijn hoofd in mijn handen. Over het glas lopen dikke stralen water. Waar ik me normaal zou hebben laten meedrijven door de melancholie van het treurige aangezicht, zie ik nu de schoonheid van de banen die het vocht creëert. Ik zie druppels die zonder twijfel, aarzeling of angst hun voorgangers volgen en op het glas dezelfde baan kiezen om op de grond na een lange strijd weer samen te smelten tot één geheel.
Zelfs de druppels die van het dakgoot naar beneden kletteren zie ik niet als ontrouw aan de andere. In mijn ogen zijn het bange druppels die de grond niet alleen durven te benaderen. Op de rand van de dakgoot zie ik andere bange druppels die naar elkaar toe kruipen om samen als een grote sterke druppel de laatste tocht naar de grond te trotseren. Prachtig toch de natuur.
Niets kan mij vandaag nog mijn gelukzalige gevoel wegnemen. Zelfs de eindeloze regen niet.
Het regent buiten, maar in mijn hoofd schijnt de zon. Dikke stralen geluk stromen door mijn gedachte!
- Schrijfwedstrijd: Schrijf kort verhaaltje over liefde – 2e prijs behaald